Cito: middel of doel?

De zin en onzin van toetsen

Op de meeste scholen wordt de Citotoets twee keer per jaar afgenomen. Een spannende tijd voor de leerlingen – en hun ouders. Maar ik hoor ook vaak van leerkrachten dat ze zich verlamd voelen door de afrekening op toetsresultaten en hierdoor niet meer durven te vertrouwen op wat ze dagelijks waarnemen in de klas.
De vraagstelling van de Cito is vaak heel anders dan dat men gewend is in de methodes. Op veel scholen oefent men daarom met de Citovragen in aanloop naar de toets.
Vraag jij je ondertussen ook af of Cito nou een middel is om schoolprestaties te meten of een doel op zich? En hoe zit dat met hoogbegaafdheid en de Citotoets?

Middel of doel?

Er zijn slimme ondernemers in leermateriaal die hier handig op inspelen. Ze bieden methodes aan die kinderen leren hogere scores te halen bij de Cito. Dan vraag ik me toch echt af wat nou het doel is:  een hoge Citoscore, of kinderen die vaardigheden aanleren?

Een toets is een middel om te kijken waar het kind staat in zijn of haar ontwikkeling. Maar in veel gevallen lijkt de toets een doel op zich te worden. Als dat gebeurt, gaan we voorbij aan wie het kind is, wat het kind wil, wat het kind kan en hoe we het kind verder kunnen helpen in de ontwikkeling.

Toetsen heeft mijns inziens alleen zin als je de toets analyseert. Wat beheerst het kind en aan welke onderdelen moet nog aandacht worden besteed? Welke fouten heeft het kind gemaakt en waarom?
Daarnaast is het belangrijk om aan de leerling het doel van een Citotoets uit te leggen. Ik hoor kinderen in mijn praktijk na uitleg vaak zeggen: “OOOHW, ja als ik dat geweten had….Ik vind die toetsen zo saai. Ik heb zomaar wat ingevuld.”

Citotips voor leerkrachten

  • Leg dus uit wat het doel van de toets is.
  • Bespreek de resultaten van de toets met het kind zelf.
  • Vraag hoe het kind tot antwoorden gekomen is.
  • Maak het kind eigenaar van zijn eigen leerproces.
  • Vier successen!
  • Leg het nut van fouten maken uit.
  • Heeft het kind alleen I-scores? Toets het kind door om te kijken of het meer uitdaging nodig heeft.
  • Komen de toetsresultaten niet overeen met de capaciteiten van het kind? Onderzoek wat hiervan de reden is.
  • Is er sprake van een lage prestatiemotivatie? Overweeg of het kind baat heeft bij een plusklas.

Citotips voor ouders

  • Komt je kind vaak boos of verdrietig thuis? Probeer erachter te komen wat de reden hiervan is. Wat maakt je kind boos of verdrietig? Waarvan wordt je kind gelukkig?
  • Maak een afspraak met de leerkracht en betrek je kind bij het gesprek.
  • Soms vinden kinderen het moeilijk om te vertellen wat hen dwars zit. Laat het kind het opschrijven of tekenen.
  • Komen de toetsresultaten niet overeen met wat je bij je kind ziet? Bespreek dit met de leerkracht. Vraag of de leerkracht de toets met jou en je kind wil bekijken.

Dat een goede analyse van de Citoresultaten belangrijk is blijkt o.a. uit het verhaal van Bram:

Uit de praktijk: de Cito van Bram

Nu er op veel basisscholen weer wordt getoetst met de Cito, gingen mijn gedachten uit naar Bram. Vorig jaar rond deze tijd zat hij slecht in zijn vel. Hij kwam elke dag uitgeblust uit school en had nergens zin in. Zowel de leerkracht als zijn ouders gaven aan dat hij niet te genieten was. Bram zou erg gebaat zijn bij deelname aan een plusklas, maar daarvoor wilde school eerst I-scores zien. En die haalde Bram niet.

Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid (DHH)

Toen hij in groep 1 kwam, hadden de ouders van Bram een vragenlijst van het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid ingevuld. Dat gebeurde standaard, om te signaleren welke kinderen meer uitdaging nodig hadden. Volgens de uitslag was Bram wel slim, maar had hij geen extra uitdaging nodig.

Sylvia, de moeder van Bram, vertelde me dat ze de vragenlijst achteraf gezien erg bescheiden hadden ingevuld. Brams’ ouders wisten wel dat hij niet dom was, maar voor hen was hij ‘gewoon’. Er waren geen oudere broers of zussen om hem mee te vergelijken.

AVI uit maar geen 1-score

Later werd steeds duidelijker dat Bram zich snel ontwikkelde, zeker in vergelijking met zijn vriendjes. Inmiddels zit hij in groep 3. Hij is AVI uit en rekent als de beste. Toch scoort hij op de Cito niet naar verwachting. Daarom had de leerkracht Bram meer oefenstof gegeven. Sindsdien is hij opstandig en dwars. Zijn leerkracht en zijn ouders weten niet wat ze aanmoeten met het onhandelbare gedrag van de intelligente Bram. Ze vragen zich af waar dit gedrag vandaan komt en hoe ze hier mee om moeten gaan.

Wat is hier aan de hand?

Deze vragen krijg ik vaak van ouders en leerkrachten. Om te beginnen is het belangrijk om erachter te komen wat er precies gebeurt als Bram een toets maakt.

  • In groep 3 wordt de Citotoets mondeling afgenomen in de groep. Hoort hij de vraag wel goed?
  • Wordt hij afgeleid door de andere kinderen in de groep?
  • Hoe interpreteert hij de vragen?
  • Overschat hij zichzelf en vult hij te snel de antwoorden in?
  • Kijkt hij niet zorgvuldig naar de antwoorden?
  • Of is hij juist bang om fouten te maken?
  • Wat voor fouten maakt hij?

Wat zit erachter?

Veel hoogbegaafde kinderen laten niet zien wat je naar aanleiding van hun intelligentie zou mogen verwachten. Dat kan verschillende oorzaken hebben:

  • Hoogbegaafde kinderen zijn gewend snel kennis tot zich te nemen. Daardoor lezen ze de vragen vaak snel en slaan dan essentiële woorden over.
  • In groep 3 wordt de Cito mondeling afgenomen. Sommige kinderen raken overprikkeld door hun omgeving en missen daardoor essentiële onderdelen van de vraagstelling.
  • Het kan ook gebeuren dat de vragen te makkelijk zijn waardoor de aandacht verslapt.
  • Soms overschatten ze zichzelf. Ze vullen het antwoord al in voordat ze de vraag goed hebben gehoord of gelezen.
  • Hoogbegaafde kinderen zoeken vaak teveel achter een vraag. Ze denken veel te complex met als gevolg dat ze het verkeerde antwoord geven.
  • Veel hoogbegaafde kinderen stellen hoge eisen aan zichzelf. Ze zijn bang om te falen. Het gevolg is dat ze erg langzaam werken. Hierdoor komen ze in tijdnood en vullen ze aan het einde maar wat in.
  • Een laag werktempo kan ook veroorzaakt worden door een ingewikkelde strategie die zichzelf eigen hebben gemaakt om bijvoorbeeld sommen uit te rekenen.

Plusklas voor vaardigheden

Gelukkig heb ik Brams’ leerkracht ervan weten te overtuigen dat deelname aan de plusklas hem verder zou kunnen helpen. In de plusklas werd Bram weer geïnspireerd om te leren en heeft hij geleerd om door te zetten als iets moeilijk is en om dan niet in paniek te raken.

Bram heeft inzicht gekregen in zijn sterke en minder sterke kanten, en nog belangrijker: hij heeft geleerd te zorgen voor zijn eigen succes. Hij neemt nu initiatief om bijvoorbeeld een project aan te pakken.

En thuis? Daar is Bram weer een vrolijke, ondernemende jongen. Hij gaat nu graag naar school en als hem iets dwarszit, maakt hij zelf een afspraak met de juf.

 

Vond je deze tips nuttig en wil je vaker tips in je mailbox ontvangen? Klik hier
Vond je dit nuttig? Dan kun je het delen!
Geplaatst in Blog, Leren leren, Uit de praktijk.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *