Ken je dat gevoel dat als je onder tijdsdruk een fles shampoo of iets anders moet zoeken uit een stelling van de Makro? Ondanks dat de keuze reuze is, kom ik óf met niks in huis of ik grijp naar iets vertrouwds en gooi dat in de kar. En als je dan de Makro uitloopt kom je tot besef dat je voortaan voor de dagelijkse boodschappen beter af bent bij je vertrouwde buurtsuper. Lekker kleinschalig en geen keuzestress.
Ruime ‘keuze’ maar chaos in de ‘schappen’
Je zult je misschien afvragen waarom ik met je over de Makro begin. Het doet me namelijk denken aan sommige hoogbegaafde kinderen in mijn praktijk. Hun hersenen zijn vergelijkbaar met de Makro: er zit veel in. Alleen zijn de schappen nog niet zo mooi geordend. Hoe frustrerend is het dan als je een opdracht moet maken waar je best het antwoord op weet maar de stappen naar het antwoord toe, nog niet op papier kunt krijgen.
Dan zie ik soms hetzelfde gedrag als mijn reactie op keuzestress bij de Makro: het kind geeft het op en denkt ‘laat maar zitten’. Op school geeft dit juf de indruk dat het kind het niet kan en laat het kind vervolgens weer meedoen met de vertrouwde taken van de rest van de klas. Maar dit heeft veelal grote gevolgen: het kind voelt zich niet begrepen. Raakt gefrustreerd en gedemotiveerd. En zeker als het een jong kind betreft dat nog geen woorden heeft voor zijn of haar gevoel, kan het flink uit de hand lopen. Dit gebeurde ook bij Anna, een hoogbegaafd meisje van zes.
Uit de praktijk: Anna
De ouders van de toen zesjarige Anna kregen hun dochter, nu ruim een jaar geleden, niet meer over de schooldrempel. Anna was diep ongelukkig: van de vrolijke, creatieve en wilskrachtige kleuter was niets meer te zien.
Toen de ouders van Anna zich bij mij meldden had ze al te lang in een stressvolle situatie gezeten. Haar brein en lichaam stonden op de overleef- modus.
Er volgden gesprekken met school. Ze waren van goede wil en dachten met het plan van aanpak Anna weer vlot ‘te trekken’. Maar dit gebeurde niet.
Anna was de verbinding met de leerkracht en de intern begeleider kwijt en had het vertrouwen compleet verloren.
Voor Willeke en Erik, de ouders van Anna, zat er maar één ding op: Anna uit het ‘hete badwater’ halen.
Een andere school
Willeke en Erik meldden Anna aan bij een andere school. Het luisterend oor maar ook de kwetsbare houding van de directeur gaven hen het vertrouwen: “We willen deze uitdaging graag sámen met jullie aangaan. We hebben nog echt niet alle kennis van hoogbegaafdheid maar ik vertrouw erop dat we met jullie ervaring Anna samen verder helpen”.
Na twee weken merkten Willeke en Erik al een positieve verandering. Ze gingen opgelucht de schoolvakantie in.
Schooltrauma
Aan het einde van de vakantie zagen Erik en Willeke toch weer wat terugkomen van het ‘oude gedrag’ van Anna. Ze had duidelijk een kort lontje en ze liet weer veel weerstand zien. Nu de school weer begon, nam de stress weer toe bij Anna. En Erik en Willeke realiseerden zich dat dit de reactie was op de ervaringen van de vorige school. Die ervaring was zo traumatisch dat de gedachte aan school alleen ‘oude wonden’ weer deed openen.
Vertrouwen bij de ouders, vertrouwen bij het kind
Willeke en Erik erkenden het gevoel van Anna. Maar dit keer konden ze Anna het vertrouwen geven dat het echt goed zou komen. Willeke en Erik hadden veel vertrouwen in de leerkracht en de visie van school. En dit voelde Anna. De eerste schooldagen was Anna nog wat gespannen maar geleidelijk aan zagen de ouders dat Anna met steeds minder weerstand naar school ging.
Gezien worden en hulp durven vragen
Erik en Willeke hadden vervolgens gedurende het schooljaar regelmatig een evaluatie. Willeke “Ik heb nu om de vier tot zes weken een goed gesprek met de leerkracht die dit duidelijk niet als ‘last’ ziet. Ze zegt eerlijk waar haar onzekerheden in de aanpak zitten, en vraagt om een afspraak met de groep van specialisten. Een leerkracht die mij als ouder ziet staan en die ook om hulp durft te vragen.”
De basis voor een oplossing is verbinding
Iedere dag met plezier naar school
En nu is het alweer de laatste week voor de vakantie. En Ik zit weer aan tafel met de ouders van Anna, nu inmiddels zeven. Maar nu in een hele andere modus: ik zie twee lachende en ontspannen ouders.
We maken samen de balans op van het afgelopen jaar. Ik kan mijn oren bijna niet geloven als ik Willeke hoor zeggen: “Ja, Anna gaat echt iedere dag met plezier naar school.” Willeke straalt van oor tot oor. Erik valt haar bij:”Ja, we weten niet wat ons is overkomen. We hebben een heel ander kind in huis. Dat hadden we een jaar geleden niet kunnen dromen.”
Nou ik ook niet maar ik had het stiekem wel gehoopt.
Welke stappen zorgden voor ontwikkeling?
Ik vraag hen wat er nu voor heeft gezorgd dat hun dochter stappen voorwaarts maakt. Willeke vervolgt: wat er voor gezorgd heeft dat Anna zich goed ontwikkelt is het volgende:
- Goed kijken achter het gedrag
Deze leerkracht kan een hele goede vertaalslag maken van de stressreactie van Anna. Ik weet nog goed dat Anna in het begin onder de tafel ging zitten als we het over haar hadden. De leerkracht zag dit in het begin als manipulatief gedrag. In eerste instantie schrokken we van die reactie van de leerkracht en dachten ‘oooh, daar gaan we weer’. Maar de leerkracht stond gelukkig open voor onze interpretatie en dit heeft haar perceptie doen veranderen. - Uitdaging ondanks magere resultaten
Anna haalt nog magere Citoscores. Maar de leerkracht neemt dit niet als maat. Ze laat de scores voorlopig even los want ze ziet duidelijk ontwikkeling in het leren en biedt haar wel gewoon de uitdaging aan.
De creativiteit van Anna is haar talent maar ook haar valkuil. Juf benadrukt vooral wat ze waardeert en beter gaat. Ze ziet dat onze dochter gewoon nog wat tijd nodig heeft om taken planmatig aan te pakken.
Dit geeft Anna rust, erkenning en zelfvertrouwen. Ze haakt niet meer af maar zet door en heeft veel meer plezier om nieuwe dingen te leren. - Contact met ontwikkelingsgelijken
Anna werkt aan de uitdaging in een groepje met ontwikkelingsgelijken. Anna is een zeer creatieve leerling. En andere leerlingen zijn weer wat beter in het planmatig werken. Anna ziet precies wat voor haar een goede samenwerkingspartner is: zij kan haar creatieve ei kwijt en ze leert van haar partner om de taak planmatig aan te pakken. Anna leert veel door te kijken naar een ander. Anna geniet bovendien enorm van de filosofielessen. Voor het eerst zien we dat ze blij is met zichzelf. - Anna zelf het stuur in handen geven
We zien als ouders dat Anna het makkelijkst met anderen praat over wat haar dwars zit, als wij als ouders er niet bij zijn. We geven haar de ruimte en we vertrouwen erop dat er een dag komt dat ze zich ook kwetsbaar durft op te stellen in onze aanwezigheid.
We merken nu al dat de ruimte die we haar geven, vruchten afwerpt. Tijdens de één-op-één-wandelingetjes vertelt ze steeds vaker wat ze moeilijk of spannend vindt. Ze kan zich steeds beter verwoorden. - Voor-structureren van wat komen gaat
Haar huidige leerkracht heeft Anna al kennis laten maken met de nieuwe juf. Bovendien hebben ze samen al een plekje uitgezocht en mocht ze kiezen naast wie ze wilde zitten tijdens de eerste weken na de vakantie. Dit geeft haar zoveel rust. In het verleden kon ze vaak de hele vakantie piekeren over wat er zou gaan komen. Deze school neemt haar mee in wat er komen gaat en nu gaat ze ontspannen de vakantie in. - Goede samenwerking met de ouders
Op de vorige school hadden we het gevoel dat er niet naar ons werd geluisterd en hadden we te accepteren welke stappen er gezet werden. Hier wordt er echt naar ons geluisterd. Uiteraard zijn er best momenten geweest waarop we echt ons best moesten doen om hen te overtuigen. Maar we hebben als ouders geleerd om voor onszelf op te komen. We hebben door dit jaar ook veel meer zelfvertrouwen ontwikkeld. We werken nu echt samen aan de ontwikkeling van onze dochter.
“En dan is er nog een zevende, misschien wel belangrijkste stap en deze wil ik graag nog even extra onderbouwen en benadrukken”, zegt Willeke zelfverzekerd.
Vechten voor de rechten van mijn kind
Willeke: “In groep 3 heb ik geleerd te vechten voor de rechten van mijn kind. Dat gaat niet over het allerbeste uit je kind willen halen. Of meer aandacht vragen voor jouw kind dan voor andere kinderen maar over het feit dat je kind zo goed mogelijk de dag doorkomt. Dat het niet elke dag ellendig op de achterbank weer mee naar huis gaat, over de drempel stapt thuis en van woede-aanval naar woede-aanval gaat. Waarbij je als ouder uit pure onmacht wordt geslagen, geschopt, uitgescholden en bespuugd .En dat je weet dat ze de volgende dag weer het bed niet uit wil, en tegen haar wil in weer letterlijk meegesleept wordt naar school.”
7. Volg je hart, dat klopt
Willeke vervolgt: “Ik heb op de nieuwe school van mijn kind geleerd dat ik moet vertrouwen op mijn gevoel. Dit gevoel mocht er zijn op deze school en er werd erg goed naar geluisterd. Dat zorgde ervoor dat als Anna soms een wat mindere dag had, ik toch vol vertrouwen tegen haar kon zeggen: ‘Ik snap dat je vandaag misschien niet zoveel zin hebt, maar we gaan naar school.’ Ik wist dat ze daar veilig was en dat haar weerstand weer zou bijdraaien. En mijn zelfvertrouwen werd gevoeld door Anna. Waar ze voorheen nog meer de hakken in het zand zette, staat ze nu gewoon op en gaat mee.
Mijn boodschap aan alle ouders is ‘Ga niet voorbij aan je gevoel. De leerkracht mag een professional zijn maar jij kent je kind als geen ander. Je kind maakt met zijn of haar gedrag dingen duidelijk die echt niet altijd in de opleidingsboeken van een leerkracht staan. Je kind heeft jou nodig om in sommige gevallen de perceptie van ‘de professional bij te stellen. Volg daarom je hart, want dat klopt’.