“Wat wil je vandaag doen?” – Waarom die simpele vraag je hoogbegaafde kind kan blokkeren
De zomervakantie is voor veel gezinnen een periode van ontspanning en vrijheid. Geen school, geen wekker, geen huiswerk. Maar waar sommige kinderen floreren in die vrije ruimte, zie ik in mijn praktijk iets opvallends gebeuren bij veel hoogbegaafde kinderen: juist dán lopen ze vast.
Een vraag als “Wat wil je vandaag doen?” kan leiden tot een lange, ongemakkelijke stilte. Je kind kijkt je aan, fronst, en lijkt bijna te bevriezen. Misschien reageert het geïrriteerd, of zegt het simpelweg: “Weet ik niet.”
Wat hier gebeurt, is eigenlijk heel logisch. Hoogbegaafde kinderen hebben vaak een diepgaande manier van denken. Ze leggen ieder mogelijk antwoord op een denkbeeldig weegschaaltje, overwegen de gevolgen, twijfelen of het wel de juiste keuze is – en voordat je het weet, is het hele systeem overbelast.
Keuzestress en het verlies van structuur
Tijdens schoolweken is er een vaste structuur: opstaan, naar school, lunch, huiswerk, sporten, slapen. Die voorspelbaarheid geeft rust. In de vakantie valt die structuur grotendeels weg en komt er ruimte voor eigen invulling. En hoewel die vrijheid aantrekkelijk lijkt, kan ze ook verlammend werken. Want alles is mogelijk – en juist dat maakt kiezen moeilijk.
Voor hoogbegaafde kinderen is de wens om het ‘goede’ of ‘beste’ te kiezen vaak sterk aanwezig. Ze willen recht doen aan al hun ideeën, voelen een interne druk om iets waardevols te doen met hun tijd, en raken uitgeput van het voortdurend wikken en wegen.
Wat kun je als ouder doen?
Gelukkig zijn er manieren om je kind te helpen met deze keuzestress. Hier zijn enkele tips die goed werken in de praktijk:
1. Bied beperkte keuzes aan
In plaats van: “Wat wil je vandaag doen?”, kun je zeggen:
“Zullen we een spelletje doen, naar het bos gaan of iets bakken?”
Drie opties is vaak een mooi maximum. Het geeft richting zonder te veel te beperken.
2. Maak samen een vakantieplan
Maak aan het begin van de vakantie een weekplanner of ‘vakantiebord’ met samen gekozen activiteiten. Laat ruimte voor spontane ideeën, maar geef ook duidelijkheid. Denk in blokken: ochtend, middag, avond – en voeg daar rustmomenten aan toe.
3. Introduceer themaweken of -dagen
Hoogbegaafde kinderen houden vaak van diepgang en betekenis. Geef de dag of week een thema, zoals ‘natuurweek’, ‘uitvindersweek’ of ‘wereldkeukenweek.’ Binnen zo’n kader kunnen ze meedenken, maar is de richting al gekozen.
4. Benoem keuzestress
Leg uit wat er gebeurt als ze vastlopen: “Soms denk je zo goed na over wat het beste is, dat het moeilijk wordt om iets te kiezen. Het lijkt dan net alsof je op een rotonde zit en je weet niet welke afslag je moet nemen. Dat is helemaal niet raar.”
Het erkennen helpt al enorm.
5. Wissel vrije tijd en structuur af
Zorg voor een ritme, ook in de vakantie. Bijvoorbeeld:
• Ochtend = activiteit of uitstapje
• Middag = rust of vrij spelen
• Avond = gezinstijd of schermtijd
Die vaste ankers geven rust, juist omdat de dag voorspelbaarder wordt.
6. Help bij het evalueren van keuzes
Als je kind achteraf teleurgesteld is in een gemaakte keuze, bespreek dan dat kiezen altijd ook betekent dat je iets anders níét doet – en dat dat oké is. Leer ze dat er zelden één perfecte optie is.
Tot slot: vrijheid is fijn, maar kaders bieden veiligheid
Hoogbegaafde kinderen kunnen intens genieten van vrijheid, maar hebben vaak kaders nodig om tot bloei te komen. Door ruimte te geven binnen duidelijke grenzen, help je je kind om te ontspannen én zichzelf te zijn. En misschien ontdek je zo samen dat een vakantie met een beetje structuur eigenlijk veel relaxter is – voor jullie allebei.
Fijne vakantie!!