Hooggevoelig kind? Eerste hulp bij overprikkeling

Hoogbegaafde kinderen, hun ouders en hun leerkrachten komen op het gebied van onderwijs een aantal flinke uitdagingen tegen. Eén van die uitdagingen is de hooggevoeligheid.

Sensorische informatieverwerking

Wat is Sensorische Informatieverwerking?
Sensorisch betekent zintuiglijk. Onze zintuigen vangen informatie op van binnen en buiten ons lichaam. Die informatie hebben we nodig om te kunnen overleven en te kunnen functioneren in het dagelijks leven. We moeten ons veilig voelen en ons kunnen aanpassen aan wisselende omstandigheden.

Als we het over zintuigen hebben, denken we meestal aan het zicht, het gehoor, de reuk, de smaak en de tastzin. Maar ook onze ‘verborgen’ zintuigen zijn heel belangrijk: het evenwichtsorgaan, het gevoel uit de spieren en gewrichten en het gevoel vanuit onze inwendige organen. Bij activiteiten gebruiken we die verschillende zintuigen tegelijkertijd.

De informatie die binnenkomt via de zintuigen, komt samen in het zenuwstelsel, dat alle binnengekomen prikkels verwerkt. Zo weten we steeds wat er in ons lichaam en in de omgeving gebeurt en kunnen we daarop reageren. De zintuigen spelen ook een belangrijke rol in het regelen van de activatie en alertheid.

De manier waarop we zintuiglijke prikkels ervaren en erop reageren verschilt van mens tot mens.
Bij sommige kinderen verloopt de verwerking van zintuiglijke informatie niet zo vanzelfsprekend en soepel als eigenlijk zou moeten. Ze nemen informatie rommelig waar en ervaren prikkels sterker of juist minder sterk dan hun leeftijdsgenootjes.

Binnen de Sensorische Informatieverwerking zijn vier soorten reacties te onderscheiden waarin ieder mens zich in bepaalde mate kan herkennen:

  • Prikkels opzoeken
  • Prikkels vermijden
  • Gebrekkig registreren
  • Gevoelig zijn voor prikkels

Hoogbegaafden nemen de wereld anders waar. Ook het verwerken van hun ervaringen verloopt vaak anders. Dat maakt hoogbegaafde kinderen vaak intenser en sensitiever. Ze schieten makkelijk in extreme gemoedstoestanden: heel erg gelukkig of vol wanhoop. De Poolse psychiater Dabrowski* heeft hier een onderzoek naar gedaan.

Het is logisch dat ouders en leerkrachten van deze kinderen regelmatig gefrustreerd raken door de intensiteit van hoogbegaafde kinderen. Ze weten vaak niet hoe ze moeten reageren op hun extreme reacties en gevoeligheden. Toch is het belangrijk dat we hun gevoelswereld erkennen en ondersteunen. We moeten ze niet dwingen om zichzelf in te houden, maar ze wel leren om het uiten van gevoelens aan te passen aan de omstandigheden.

Uit de praktijk: Lars

Op weg naar mijn werk tref ik de moeder van Lars. Als ik vraag hoe het met Lars gaat, hoor ik een diepe zucht. “De meivakantie is net voorbij en toen Lars gisteren thuiskwam, leek hij wel een vulkaan. Hij was zo boos! Hij wilde vanochtend niet meer naar school. Uiteindelijk heb ik hem kunnen motiveren, maar nu ben ik bekaf.

Lars zit in een plusklas en krijgt een aangepast leerprogramma. Hij werkt met veel enthousiasme aan deze leerstof. Op dat gebied heeft hij dus geen reden tot boosheid. Om de oorzaak van dit probleem te achterhalen, stel ik de moeder van Lars voor een Sensorisch Profiel in te vullen. Een Sensorisch Profiel is een lijst waarbij aan de hand van vragen wordt geïnventariseerd welke zintuigprikkels vervelend of juist prettig zijn.

Prikkelgevoelig en prikkelzoekend

Tijdens het invullen van het profiel werd de moeder van Lars al veel duidelijk. Uit de score blijkt dat Lars een lage drempel heeft voor visuele en auditieve prikkels. Bovendien is hij graag in beweging. Activiteiten waarbij hij veel moet denken, doet hij dat het liefst staand.

Aapje in de jungle, aapje in de kooi

De ouders van Lars weten dat Lars veel beweging nodig heeft en geven hem alle ruimte. Maar op school moet Lars zich houden aan de regels en krijgt hij veel minder de gelegenheid om te bewegen. Bovendien gebeurt er in een schoolse omgeving met een heleboel kinderen om je heen voortdurend van alles. Lars registreert veel en zegt zelf dat het lijkt alsof hij versterkers op zijn oren heeft.

De overgang van een rustige thuissituatie met veel vrijheid naar een prikkelrijke klas met veel regels is voor Lars erg groot.  Ik noem altijd ‘aapje in de jungle, aapje in de kooi.’ Het gevolg is dat Lars zijn waarnemingen en emoties op school stapelt en thuis tot een uitbarsting komt.

Voorspelbaarheid en structuur

Het verschil tussen de regels die thuis en op school gelden, is voor Lars te groot. Je kunt dit vergelijken met een aap die de vrijheid van de jungle gewend is en vervolgens in de kooi van een dierentuin wordt gestopt. Het is belangrijk om dit verschil minder groot te maken. Soms betekent het dat de regels thuis aangescherpt moeten worden.
Enkele tips voor thuis:

  • Verminder sociale complexiteit. Plan niet te veel verschillende activiteiten op 1 dag.
  • Zorg voor voorspelbaarheid. Maak gebruik van een planbord met dagoverzicht.
  • Zorg voor duidelijke regels en leef deze consequent na.
  • Beperk het gebruik van tv en computer.
  • Voer tijdens de laatste vakantiedagen weer een duidelijk ritme in: goede structuur en op tijd naar bed.
  • Zorg na schooltijd voor een uitlaatklep voor alle energie, zoals voetballen, trampolinespringen of waveboarden.

Een goed plekje en meer beweging

Lars zit op school achter in de klas. Hij overziet de hele klas en houdt alles scherp in de gaten. Sommige prikkelgevoelige kinderen vinden dit fijn omdat ze dan alles kunnen overzien.  Anderen hebben liever een prikkelarm plekje. Lars kon heel goed vertellen wat hij een fijn plekje vond.
De tijd die Lars zittend moet doorbrengen te veel voor hem. Hij heeft meer beweging nodig om zijn hoofd ‘leeg’ te kunnen maken. Na een inspannende taak had hij het nodig om even te bewegen. (een loopje naar het toilet, even een boodschapje doen bij de conciërge etc.)

Enkele tips voor school:

  • Zorg voor een prikkelarme omgeving. Hang bijvoorbeeld niet teveel naast het digibord.
  • Geef kinderen als Lars een goede plek in de klas: kinderen kunnen vaak zelf heel goed aangeven welke plek goed voelt.
  • Filter de auditieve input met een koptelefoon of oordoppen.
  • Wissel een inspannende taak af met beweging. Lars mag van juf soms een kopje koffie of kopietjes halen.
  • Maak eventueel gebruik van een wiebelkussen.
  • Kortom: observeer goed wanneer een kind onder- of overprikkeld raakt.

Hoe is het nu met Lars?

Lars gaat weer met plezier naar school. Hij is ontzettend blij met zijn nieuwe plekje. Zijn tafeltje staat achterin de klas tegen de muur. Een plek waar de kinderen niet langs hem heen lopen.  Tijdens het zelfstandig werken draagt hij een koptelefoon.

Als hij uit school komt, gaat hij eerst een kwartier op de trampoline. Na 17:00 uur mag hij niet meer op de computer. Een uur voor bedtijd luistert Lars in de schommelstoel naar een vrolijk verhaaltje. Daardoor gaat hij ontspannen en met een opgewekt humeur naar bed. De moeder van Lars is opgelucht en zijn juf is verbaasd dat Lars door relatief weinig veranderingen veel beter gehumeurd is.

Meer lezen

Smart-Ease helpt

Herken jij je kind of leerling in Lars. Vraag je je af hoe je hem of haar het beste kunt begeleiden. Maak een afspraak

Maak nu een afspraak
Vond je dit nuttig? Dan kun je het delen!
Geplaatst in Blog, Hooggevoeligheid, Uit de praktijk.